zaterdag 12 juni 2010

over bergen en dalen

Hey allemaal!

misschien hebben sommigen van jullie het lezen van mijn blog reeds opgegeven omdat ik altijd loze beloftes maak over veelbelovende berichten, maar ik doe toch een poging om jullie op de hoogte te brengen van de gebeurtenissen in de afgelopen weken. de verhalen zijn zeker veelbelovend, maar waar begin ik...

misschien eerst even uitleg geven bij het vorige bericht en de foto's.
toen de staking eindelijk afgelopen was voelde dat aan als zo een opluchting!ondertussen hebben we genoeg bewijsmateriaal om er zeker van te zijn dat Kathmandu, de veel te grote en vuile hoofdstad van het prachtige Nepal, de negatieve factor is. we vertrokken, uitgelaten van plezier, met de 'vengabus' (Nepalezen zijn zo bedachtzaam dat ze hun beste westerse plaatjes uit de kast halen als er witte op de bus zitten) naar Rasuwa district. het was een hele onderneming om bij het ouderlijke huis van Debaki, onze stagebegerleidster, te komen. 4 mini busjes en een heuse staptocht later zaten we in de tuin van Eden zelf! rust en kalmte, rijst en maisvelden, lemen huisjes, gigantische papaja en mangobomen, buffels, oude vrouwen in rode sari met manden op hun rug tussen het groen. we zijn echt boerenbuiten kinderen geworden. de stad is leuk maar we ontvluchten hem graag na enkele dagen om thuis te komen bij traditionele families, mee te leven op hun ritme. overdag bezochten we enkele scholen (iedereen die school momenteel aan het vervloeken is door examens ed, wees blij dat wij daar zo een geweldig systeem hebben!!!) en ontdekten we de omgeving. 's avonds genoten we van de heerlijkste maaltijden van moedre en het fijne gezelschap van de hele familie. waarna we allemaal samen naar de slaapkamer boven de stal van de koeien en de buffel trokken voor een geruste nacht onder een sterrenhemel om in te verdrinken.
we sloten de week met ons 3tjes af door een prachtige trektocht te maken in het langtang gebied. we kozen voor de 1e dag van de oude route van de langtang trek. toen we boven waren schreef ik dit:

ik moest deze ochtend stoppen met schrijven, we moesten vertrekken op onze tocht! :)
nu ben ik zo blij dat ik die route nog ontdekt heb! van Thulo Bharkhu naar Thulo Syabru. o my god, zo onbeschrijfelijk, adembenemend prachtig. het woord 'waaw' geraak je hier nooit beu! ik voel me in het aards paradijs, als tinkelbel in neverland. het is zo onwezenlijk dat het soms wel een museum lijkt, een super goed nagedaan inleefproject. dit is te prachtig voor werkelijkheid en woorden. je word er echt stil van. tegelijkertijd voel ik me zo puur en aanwezig. het maakt allemaal zo veel indruk. de besneeuwde bergtoppen die statig en zelfzeker boven alles uittorenen, wakend over iedereen, de wijsheid in pacht. nu hebben ze zich weer gehuld in een dik wolkenpak, alsof ze zich enkel voor de vroege volgels willen prijsgeven. het oeroude woud dat kraakt en ritselt is een thuis voor herten, aapjes, eekhoorns en duizenden andere dieren. het staat bol van de meest prachtige geluiden. vogels die elk hun eigen roep hebben, klaterende beekjes. de eeuwen oude rotsen, bomen en planten zijn overal om je heen. ze leiden je blik tot diep beneden in het dal waar de krachtige rivier stroomt en tot hoog boven je hoofd, langs de boomgrens tot waar de sneeuwwitte toppen scherp afsteken tegen de blauwe lucht.
ik heb nog nooit zo een mooie en fijne tocht gemaakt als deze, ik heb nog nooit zo iets majestueus mooi gezien. in het westen lag de ganesh himal altijd in ons zicht, in het noorden verschenen plots de hoge, witte pieken van Tibet (TIBET!) en in het oosten zagen we een mini versie van de everest, werkelijk een voorbeeldberg. nu schrijg ik dit vanuit een prachtig klein dorpje, de gebedsvlaggetjes wapperen in de wind en ik ben gelukkig. ik zou dit zo graag delen met al wie mij lief is, gelukkig zijn die twee fantastische 'karels' hier bij mij. (ik was aan het denken dat ik toch is voor hun alletwee moet neerschrijven hoe graag ik ze wel niet zie, hen bedanken uit de grond van mijn hart om dit samen met mij te doen, voor mij te zorgen, met mij te delen. Iets om hen te geven zodat ze nooit zullen vergeten hoe belangrijk ze voor me zijn)
dit, die bergen hier, die tocht, dat is echt een ervaring uit de duizend, blijvend voor het leven! ik vertoef hier op de plek waar het letterlijk de hemel op aarde is. je moest erbij zijn want het is echt onbeschrijfelijk. ik kan alleen maar zeggen dat het echt prachtig is en dat ik heel gelukkig ben. meer woorden heb ik niet en wil ik er niet aan vuilmaken. het beeld en de ervaring zitten diep in mij geworteld. het maakt me stil en vol respect. je zou zowaar ook gaan geloven in al die duizenden goden van het hindoeisme, onmogelijk dat 1 god dit allemaal heeft kunnen maken!


ondertussen heb ik nog een heel Himalaya verhaal achter de rug, maar dat volgt later.
toen we terug kwamen van Rasuwa werd Ira ziek. ook zij werd uiteindelijk geveld en samen met haar parasiet moest ze 4 dagen in het ziekenhuis blijven. we werden echter ergens anders verwacht... In Nawalparasi district was reeds enkele dagen een programma van JCYCN aan de gang rond vrede, conflictbeheersing en leiderschap. in 5 regio's werd een groep jongeren samengebracht en werd gedurende 3 dagen interactief gewerkt rond deze thema's. het doel was om meer bewustzijn te creeeren bij de jeugd, zodat ze in de toekomst kunnen opkomen voor zichzelf. ik onderging mijn rol als witte eregast met plezier en leerde veel. jammer dat mijn companen er niet bij waren, dat maakte het een village experience all over again. Ira lag ziek in het ziekenhuis en Febe was ook in Kathmandu gebleven om voor haar te zorgen. zo vertrok ik dus alleen, met een of andere brother of'priend', naar Nawalparasi waar ik hartelijk verwelkomt werd in het huis van Tillotam, onze stagebegeleider. het was onwaarschijnlijk vermoeiend. ik werd overladen met bloemenkransen, werd aangestaard en bekeken, moest speachen geven, 'sharen' over Belgie en mezelf, deelnemen aan de activiteiten, mijn beste Nepali ten tonele brengen, eten als een paard,... en dat terweil ik me kapot aan het zweten was in dit veel te warme terrai-gebied bij de grens met India. maar zoals ik mezelf had beloofd heb ik deze village experience beter gedaan dan de vorige en heb ik eindelijk een beeld gekregen van wat JCYCN is en kan betekenen. deze organisatie moet nog veel groeien , zeker in de aanpak met buitenlandse stagaires, maar ik ben zo blij dat ik deze laatste stageactiviteit toch heb meegemaakt want nu weet ik dat, als ze verder doen met het zelfde enthousiasme, doorzettingsvermogen, even goede trainers en aanpak, ze ver zullen geraken.

en dat was dat. 5 maanden stage volgen in het zuiden, lief en leed delen met de gastgezinnen, doelgroepen van de organisaties, met Ira en Febe. het zat er plots op!
het afscheid van JCYCN en Tillotam was niet zo heftig al bij AREDS, hoe kan dat ook :). het is niet te vergelijken. maar toen we met pak en zak buiten stonden, voelde ik me zooo triestig. alles was plots gedaan. geen thuis meer om naar terug te keren, de tourist uithangen en rondtrekken in nog onbekende plekken. ik had er geen zin in. het viel me moeilijk om die grote, intense periode zomaar achter me te laten en nog is aan een nieuwe te beginnen. ons hecht trio was ondertussen ook reeds vervoegd door een 4e persoon wat het nog ingewikkelder en zo anders maakte. hoe meer zielen hoe meer vreugd, Ellen is een hele toffe maar wie zou ik zijn als ik niet veel tijd nodig had om te wennen aan de volledig nieuwe situatie.

we begonnen onze vakantie met een boost: raften op de trisuli rivier, jawel, water afkomstig uit de himalaya! het deed me even alles vergeten en het water was een welkome verkoeling. we hadden de vorige avond afscheid genomen van Kathmandu op de perfecte manier. het was de verjaardag van boeddha en voor de gelegenheid was de gropte boeddhistische stoepa, gelegen op een berg en van overal te zien, verlicht met miljoenen kaarsjes. prachtig!

Pokhara, de 2e grootste stad van Nepal en gelegen aan de voet van het annapurna gebergte, is iets helemaal anders dan Kathmandu, gelukkig! normaal gezien zie je van aan het grote meer de hoge besneeuwde toppen van de annapurna's, maar door de monsoen die ondertussen begonnen is was het te bewolkt. rond 15u30 begint het te regenen en onweren.
na enkele dagen rust, roeibootje huren, brommer huren (ZAILG!!), bereiden we ons voor op een trektocht. Nepal was nooit de bedoeling maar nu we er waren moesten we toch die bergen van dichterbij bekijken en STAPPEN. het werd de annapurna panorama trek en deze 6 daagse tocht heeft zijn naam zeker waar gemaakt. hij is vooral gekenmerkt door duizenden stenen treden. werkelijk: stijgen en trappen doen tot we er bij neervielen, er kwam geen einde aan. getrainde kuiten: check!
de tocht was een prachtige afwisseling van verre zichten, dichte wouden, afgelegen dorpjes, wilde rivieren en watervallen, rustige zwempoeltjes, besneeuwde bergtoppen die telkens weer verbazen met hun hoogte van om en bij de 7500 meter!!! het was vermoeiend en zwaar, maar zo de moeite. 6 dagen lang in de bergen, omgeven door de meest mooie natuur die ik ooit heb gezien. dit zal ik nooit vergeten. het doet je ook denken, die bergen, wat een impact! met een hoofd vol fantastische herinneringen aan die 5 heerlijke maanden voelde ik me met elke stap anders tegenover wat komt: onzeker en niet weten waar ik naartoe wil, hoopvol, zenuwachtig om terug naar huis te keren, geinspireerd,leeg, bruisend van energie, op,...

nog steeds wikkend en wegend, niet weten wat, kroop ik gisteren op de bus. want, jaja, hier komt het: ik schrijf dit bericht van op een Indische trein!!! Nepal en zijn bergen gleden langs me weg en toen we nog maar 1 stap over de grens hadden gezet, was alles veranderd. ik kon niet meer stoppen met lachen. het was als thuis komen. al mijn zorgen vervlogen bij het zien van India: de mensen, de huizen, de wijdse velden, de winkeltjes, de wegen, ALLES. mijn zorgen om het feit dat mijn India-ervaring nooit meer zo fantastisch zou zijn als voorheen, bij AREDS, bleken niet nodig. heel raar en zo cliche maar ik voelde onmiddelijk dat India nooit zal tegenvallen, altijd zijn reputatie waar zal maken en mijn hart zal blijven stelen.

de trein voert ons door het prachtige landschap terweil de grote, ronde, Indische zon die ik zo gemist heb, opkomt. alles doet zo bekent aan, voelt zo vertrouwd. ondertussen zit ik geplet als een sardientje in een blik tussen al die veel en veel te veel indiers. dat feit staat vast, het krioelt hier van de mensen, overal waar je kijkt is wel iemand bezig met de meest gekke dingen. daar waar Nepal stil, rustig, afwachtend en gelaten was is India in your face, druk, luid, levend en bruisend.
we zijn op weg naar varanasi, stad van de heilige rivier waar hindoes van heinde en ver naartoe komen om te sterven. het schijnt een magische stad te zijn, en ookal is het dat niet, we zullen er als in een roes rondlopen want het is er 49 graden!!!
als dat geen mooie en veelbelovende afsluiter is!

ik beloof niets meer maar probeer snel nog iets te laten weten. binnen enkele dagen vertrekken we naar Mumbai, jeuj!

dikke kussen uit India!
(o wat heb ik verlangt om dat nog eens te kunnen zeggen :))


zoals eerder gezegd heb ik dit bericht geschreven op de trein, ondertussen 2 dagen geleden. ik heb eindelijk een computer met internet gevonden om mn verhaal te typen en te verspreiden.
over Varanasi kan ik alleen maar zeggen dat het fantastisch is. typisch indisch maar met die magische touch van die heilige rivier waar alles om draait. 24 uur op 24 branden de vuren langs het water om mensen hun laatste rustplaats te geven en rechtstreeks naar het nirvana te sturen. men is hier zeer vriendelijk om het goede karma niet te verstoren, maar het blijven allemaal Indiers. zalig! we hebben de ganges op en af gevaren bij zonsondergang en zonsopgang. een prachtig tafereel speelt zich af op de trappen langs de oever van de rivier, de gaths. elke maharaja heeft hier zijn paleis, kinderen spelen in het water, mensen baden en bidden, kleren hangen te drogen, goeroes zegenen en danken de ganga dagelijks. de zon brand en het is gigantisch warm maar de stad heeft me in zijn ban. ik ben heel gelukkig om terug te zijn in India. een land waar je niet onderuit kan en dat je volledig inneemt, of je het nu wil of niet. morgenvroeg verlaten we Varanasi alweer, terug de trein op voor 27u, naar Mumbai!!! ik ben zo blij dat we deze stop hier gemaakt hebben. wat een reis is dit al geweest, onwaarschijnlijk, onvoorstelbaar, onvoorspelbaar!

nu is het echt niet lang meer voor ik thuis ben. ik geniet nog van elke seconde, van alles wat ik zie, maar ik verlang ook om naar huis te komen en jullie allemaal terug te zien!

heel veel groetjes,
Johanna!

dinsdag 18 mei 2010

Vaarwel Murphy, hello Himalaya!

Afgelopen week was een van de meest fantastische uit mn leven!
Hier al een voorsmaakje via enkele fotos, het verhaal volgt later!
Veel plezier ermee!

groetjes,
JO






maandag 3 mei 2010

Ode aan het thuisfront

Misschien komt het door de koorts en de antibiotica, door Frank Boeijen die mij met ‘kronenburg park’ terug brengt naar de beste herinneringen uit mijn jeugd (nachtelijke autoritten, opweg naar de fijnste vakantiebestemmingen met mijn familie), omdat ik net alle lieve briefjes uit het postpakket nog eens heb gelezen, omdat ik terugdenk aan het zalige telefoontje met mijn liefste mama, omdat ik net de mooiste mail heb gekregen van mijn liefste papa, omdat ik nood heb aan een gigantisch stevige groepsknuffel met mijn allerliefste zusjes, aan een mattetaart bij oma en opa, aan een boterham met gekapt en pikkels bij meter en peter, aan een lachbui met Lotte, ...
Maar ondanks het feit dat het einde van dit avontuur griezelig dichtbij komt, heb ik even heel veel nood aan mijn familie, mijn vrienden, mijn huis, mijn kamer. Mijn wereld waarin ik mensen om me heen heb die mij verstaan en die mij graag zien.
Ach, ik ben gisteren ziek geworden, heb een of andere infectie en lig hier al heel de dag in bed, na te denken.
Nepal is nog steeds niet simpel. Mooi en vriendelijk, maar hét moment laat nog steeds op zich wachten.
Het land houd ons al enkele dagen in hechtenis, alsof het zijn schoonheid en super fijne momenten nog even voor ons verborgen wil houden. De stad heeft er nog nooit zo stil bijgelegen, tegelijkertijd is ze vol leven! Zonder het verkeer en na een flinke regenbui kan ze ademen. Overtuigde activisten kleuren de straten, kinderen spelen cricet, winkels blijven gesloten, mensen wachten tot er iets gebeurd. Zolang de staking duurt kan niemand verder, kan niemand weg. Het is alsof mijn lichaam ook zo een soort actie op poten heeft gezet. Gisteren voelde ik me plots echt niet ok. Mijn maatjes hebben me overtuigt om na de kortste carriere als ‘human rights defender tijdens een staking’ ooit, toch even langs de dokter te gaan. We kennen het ziekenhuis en al het personeel nu toch al van binnen en buiten omdat Febe er drie dagen opgenomen was, dus. Uit een stoel en bloed – test bleek een infectie, dat verklaart de koorts en de diaree. Vandaag voel ik me fisiek al veel beter, kheb een hoop pillen gekregen wat alles wel zal oplossen.
Ik verlang gewoon naar een knuffel van mama, een etentje bij papa, een girls night met fien en klik, een doodgewone dag in het doodgewone België.
Dat kan zo zot klinken. De wereld ligt hier letterlijk en figuurlijk aan mijn voeten, ik heb alle gelegenheid, alle kansen om mijn leven vorm te geven maar soms heb je daar gewoon geen zin in of is het verdomt veel te moeilijk! Beslissingen en keuzes maken, daarbij merken dat inspiratie uitblijft. Jezelf op de vingers tikken om te zeggen dat spontaniteit alles is en ik wel zal zien waar de verschillende gebeurtenissen me brengen. Dan toch beseffen dat een beetje structuur en een doel best wel handig zijn. Ontertussen niet vergeten genieten van alles wat ik zie, want het leven is kort en kansen zijn niet eindeloos.
Terwijl ik schrijf blijkt dat ik echt, zoals het elke goede reiziger betaamt, alle stappen en fases doormaak. Vergeef me dus als dit alles een beetje raar en over de top klinkt. Een jonge snotaap als ik moet misschien nog niet zo redeneren maar je moet het in de context zien van Johanna in Nepal die als een slap votje in bed ligt en niet anders wil dan naar buiten gaan om de prachtige, ontstuimige natuur te zien. Mensen te ontmoeten, met kinderen te spelen en gelukkig te zijn. > Reymond is net gepasseert op m’n shuffel met ‘gelukkig zijn , daarvoor wil ik alles geven’! En hij heeft gelijk. Ik bedenk net dat ik in mijn leven en in de afgelopen 4 maand al veel gelukkige momenten heb gehad, en ik raad het iedereen aan!! :)

Dikke kus en ik laat snel nog iets weten!

zaterdag 17 april 2010

An End Has a Start!

Liefste allemaal!

Dit blogbericht schreef ik een week geleden. Het is misschien een beetje na de feiten maar ik zou het toch nog graag posten aangezien het gaat over het afscheid bij AREDS en de overgang naar Nepal. Het is een bericht geworden om u tegen te zeggen dus neem gerust je tijd en sprijd het misschien over enkele dagen :). Veel leesplezier!

08/04/2010

Vanuit mijn nieuwe bed zie ik een klein deel van het grote Kathmandu. Door de smog heen zie ik smalle, hoge huizen die me herinneren aan India maar een oosterse toets hebben. Na enkele intense weken vol emotie vind ik hier de tijd om even stil te staan bij wat achter me ligt en hoe ik verder wil van daaruit. Als ik denk aan India komt automatisch een liedjestekst in me op:
“You‘ve already won me over, in spite of me.
So don’t be alarmed if I fall, head over feet.
Don’t be surprised if I love you, for all that you are.
I couldn’t help it, it’s all your fault.”
Ik had het niet verwacht, maar ik ben volledig gevallen voor India. Het land, de mensen, de cultuur.
Sinds de laatste keer dat ik geschreven heb is er veel gebeurd en ben ik veel veranderd. Omdat ik alles zo intens aan het beleven was vond ik de tijd en de woorden niet om verslag uit te brengen van mijn avonturen. Sorry daarvoor maar ik probeer dat nu goed te maken door te vertellen over de belangrijkste dingen aan de hand van mijn dagboek.

International Womans Day - 08/03/2010
Wat een ervaring. Zonder moeite stond ik op om 7u, alsof ik reeds wist dat dit een fantastische dag zou worden. Ik keek er enorm naar uit terwijl ik me helemaal op z’n Indisch opmaakte: tuniek, henne, armbanden, bindi, bloemen in het haar...
Aangezien SWATE 20 jaar bestaat wou Christi iets doen om de eerste leiders te eren. Elk van hen zou een kader krijgen met het logo en een kroon. Vandaar dat ik de vorige avond nog lang bezig was geweest met de afwerking van de kronen, fijn om Christi op die manier te helpen. Tegen 8u30 vertrokken we met haar naar Karur. In de auto nog een laatste update over de uitgangspunten en resoluties voor moest een of andere reporter ons aanklampen. Overal zag je vrouwen optrekken, ik werd erg benieuwd. De bussen zaten vol, vrouwen in kleurige sari’s klommen op vrachtwagens om het startpunt van de rally te bereiken. Eens daar aangekomen was het cultural team reeds bezig het podium te versieren en alles in gereedheid te brengen voor hun performance. De trommels opwarmen, de stoelen klaarzetten, ballonen blazen, muziekinstallatie testen. Samen zochten we nog even de schaduw op onder het podium met de super schattige Jain als onze entertainer. Vele vrouwen kwamen in groepjes toe, de oude SWATE leden die geëerd zouden worden zaten op de eertse rij, klaar voor het optreden van het cultural team. En het moet nog maar eens gezegd, wat een fantastische leuke mensen zijn dit. Het is fijn dat we elkaar al kennen en samen kunnen praten over vanalles en nog wat. Voornamelijk zijn het zij die ons imiteren, zeggen hoe mooi we er wel niet uitzien en zich blijven afvragen waarom wij zilvere juwelen dragen en geen gouden.
Hun optreden met de drums is weer fantastisch. Het is ondertussen zo warm dat we allemaal staan te smelten, ik trek het me niet aan en geniet. Vervolgens worden de 28 oude leden geëerd, de kronen zien er goed uit. Het typische ritueel met de handdoek rond de schouders voor een snelle foto is natuurlijk van de partij maar het verloopt rustig en gestructureerd. De staffmembers hebben dit echt goed georganiseerd. Ik probeer alles zo goed mogelijk in beeld te brengen, ik wil Christi niet teleurstellen en echt mijn best doen vandaag. Hopelijk zitten er bruikbare dingen tussen.
Dan begeeft iedereen zich naar het startpunt van de rally. Ananden staat al wild te zwaaien naar ons en doet teken dat we moeten komen. We wringen ons een weg door de massa tot bij hem en hij duwt ons naar voor, naar het begin van de stoet waar ze de banner reeds hebben bovengehaald en het cultureel team zich opnieuw heeft opgesteld voor de dans met de trommels. Ik trek het me niet aan en film er met mijn bezwete lijf en rode hoofd op los, dit is te fantastisch.
In de verte zie ik de 2 tableau’s al klaarstaan. In de voorbije weken hebben enkelen een straattheater voorbereid dat nu op een wagen meevolgt in de stoet. De raket kaart het probleem van de snel stijgende prijzen aan en de andere sketch geeft het probleem van de ration card e.d. weer.
Ik laat me meevoeren met het volk tot waar ze de kapjes uitdelen. Febe, Ira en ik hebben ons tijdens de voorbereiding voornamelijk bezig gehouden met het ontwerpen van een uniform hoofddeksel, zodat de massa nog meer zou opvallen. Samen met enkele swate vrouwen, de mensen van het naaiatelier en het healthteam hebben we 3500 kapjes gemaakt en beschilderd! Ira en ik doen een poging om te helpen met uitdelen maar de vrouwen zijn zo hevig en uitbundig dat het ons niet lukt iedereen er slechts een te geven. Het vertrek is onwaarschijnlijk. Ananden, Moektl en Christi moeten een menselijk dranghek vormen zodat niemand gevaar loopt. De politie is namelijk niet meegaand dit jaar. De aanvraag is volledig inorde en normaal is er bij een optocht als deze veel begeleiding, ook vooral van vrouwelijke agentes. Nu zijn er slechts 4 sceptische poliemannen en zijn de straten van het parkoer niet eens geblokt. Op het moment zelf stond ik daar niet bij stil omdat ik dacht dat het altijd zo verloopt, het is tenslotte mijn eerste rally. Maar eigenlijk was het wel gevaarlijk. Het verkeer bleef maar tussen de massa manouvreren. Dit deed de groep ook sterk uit elkaar vallen, wat echt niet de bedoeling is.
Ik stapte tussen de vrouwen, herkende overal wel iemand, maakte beelden en werd helemaal meegevoerd door de kracht en energie van de 5000 vrouwen die hier luid en duidelijk aan het opkomen waren voor hun rechten!
Plots nam Moektl me bij de hand, bevrijde me uit de mensen massa en nam me mee op sleeptouw. Samen zochten we geschilte balkonnen uit van waarop ik het geheel goed zou kunnen filmen. We renden naar de huizen, vroegen of we binnen mochten, schoenen uit, trap zoeken, naar boven haasten, filmen, terug naar beneden, “nandrie”, schoenen aan en terug weg. Hij duwde iedereen aan de kant voor mij, hielp mij op vrachtwagens en middenbermen klimmen, liep met mij heel Karur rond in de zinderende warmte, bracht me water,... tussendoor speelde hij samen met zijn cultural team op de trommel en organiseerde hij met zijn mede staff leden het hele gebeuren.
Ik bevond me vooral vooraan in de optocht waar Mahas en 2 anderen zich volledig aan het geven waren in de riksja met de geluidsinstallatie. Ze riepen met volle overtuiging slogans door de micro waarna de hele menigte die luidkeels naschreeuwde. Aan het einde van de rally lazen Mahas en Saraswathi samen de demands voor, de eisen aan de overheid. Het was een drukte van jewelste, veel verkeer en lawaai. Ik had het gevoel de de groep ook al sterk uit elkaar gevallen was maar het werd sterk naar voor gebracht en de belangrijkste mensen waren daar.
Pas na afloop, toen we nog even stonden na te praten met Arivu, Senthil en Moektl besefte ik hoe oververhit, bezweet en moe ik was. Maar dat weerhield me in de verste verte niet om te genieten van het onwaarschijnlijk diepe gevoel van samenhorigheid, kracht en gelukkig zijn. De adrenaline bleef maar stromen, ’s avonds ben ik dan ook met een brede lach op m’n gezicht in slaap gevallen.

Road construction
“Sometimes I think the sky must be sealed with thousands of wishes and dreams, complains and questions. Like breezes filled with secrets.
Today I met some people who have nothing left but a memory of the time they were full of confidence, building their life. They were betrayed by their own government and put on the street in the name of development. Without any warning or compensation they saw their house being demolished and their belongings ruined. Al dignity and self respect is gone, the few walls that are still standing are revealing al privacy and became public property. Struggling and fighting for many years only slowed things down. Although the common people are not ready for it, the construction of the highway started. It is not in the interest of the people in the villages, it will only make their life more difficult. They will not be able to walk the streets of their hometown, the place they were born and have lived for generations.
So sometimes I think the sky must be sealed with thousands of wishes and dreams, complains and questions. Like breezes filled with secrets. But today I heard nothing, only the painful tears of people without hope when they told me their story. How they had everything and how they lost it...”

Samy zat al lang in zijn hoofd met het idee dat wij misschien iets konden maken over de nieuwe weg die wordt aangelegd tussen Karur en Trichy. Vele mensen komen door deze vorm van economische ontwikkeling op straat te staan. De sociale structuur wordt er helemaal vernielt, zo ook de vorm van inkomst voor de mensen die plaats moeten ruimen voor de grote bedrijven en bij uitbreiding de overheid. De manier waarop de regering deze problemen aanpakt is werkelijk onbegrijpelijk.
In het begin wisten we niet zo goed hoe we dit moesten aanpakken maar op een dag hebben we onze camera genomen en zijn we gaan praten met enkele slachtoffers van de mega-weg-constructie die hier aan de gang is. Vele mensen hebben hun bezit op gruwelijke wijze verloren, zonder enige compensatie. Aangezien het de eerste keer was dat we zoiets deden was het niet makkelijk, maar we hebben de mensen gewoon hun verhaal laten doen. Het was schrijnend en hard, maar ook heel mooi. Achteraf moest het bovenstaande tekstje even van mijn lever samen met een flinke huilbui.
Ik ben heel blij dat we het toch nog gedaan hebben, het heeft een zin naar meer aangewakkerd. Als ik iets met mijn audiovisuele achtergrond wil doen dan zijn het zo een dingen, kleine documentaires die een probleem aan het licht brengen en misschien een vershil kunnen maken.

Playway School en Annual Day
Ik zit hier op mijn vertrouwde plekje, het is 6u en de zon schijnt met haar laatste stralen naar binnen. Ik vraag me af hoe ik ooit kan weergeven hoe fantastisch het hier is, de mensen, de ondernemingen, de manier van leven. Hoe sterk ik zelf tot inzicht ben gekomen, hoe onwaarschijnlijk hart ik het hier ga missen.
De 10 dagen die we doorbrachten op de school waren voor mij een geweldige tijd. Omringt door prachtige natuur, spelen met de kinderen, samenzijn met de leraressen en Justin, meer moet dat niet zijn.
We hebben weer vanalles mogen meemaken. De trouw van een van de leraressen. Samen in de schoolbus naar Trichy om een uniforme sari te kopen voor annual day. Daar samen met Justin twee prachtige tempels gaan bezoeken. Op de weg terug zo moe dat ik zelfs in de overvolle bus, in de zinderende hitte en met de kakkelende juffen overal rond mij kan slapen. Fille door een groep demonstranten waardoor we langs de meest afgelegen paatjes terug naar de school rijden; mijn hart doet zeer, zo schoon is het hier. Een wandeling naar het dorpje, groenten kopen en natuurlijk thee drinken bij Sri Devi, een van de juffen. Ze gaat bangels voor ons kopen die bij de sari passen. Natuurlijk zijn mijn handen weer te groot. Ik mee naar het winkeltje alwaar de verkoopster 12 bangels over elk hand wringt. Deze rose en gouden beauty’s krijg ik nooit meer uit dus moet ik er wel mee rondlopen tot vrijdag... verbazingwekkend went alles en loop ik er nog een hele tijd mee rond.

Een van de dingen die ik nooit zal vergeten is het uitzicht vanop de berg met de apen. Niet ver van de school staat er een eenzame berg met een tempel erop die gewijd is aan Shiva, ook de thuis van vele slingeraapjes. We deden 1017 trappen om de tempel te bereiken, geweldig! Alsof heel India en al de fantastische herinneringen aan mijn voeten lagen en ik heel helder kon zien wat deze ervaring tot nu toe al gedaan heeft met mij.

Op de school hebben we aan ons project gewerkt. Samen met Justin hebben we enkele vragen gesteld aan de “7 fools”. 7 kindjes die samen in het groepje voor English drama zaten en een toneeltje (“the 7 fools”) aan het voorbereiden waren voor Annual Day. Ze waren heel open en eerlijk. Ik ben blij dat we hebben wat we hebben, maar nog blijer dat het echt wel een verruiming was voor de kinderen, de school en Justin. Hij zei dat hij er uit geleerd had en dat deze kinderen, die volgend jaar naar een grote school gaan, een nieuwe, leerrijke ervaring bij hebben; en dat is leuk!

De school is echt 50 jaar terug in de tijd. De kinderen dreunen een uur aan een stuk versjes op en schrijven 10 keer één bepaalde zijn. “Dan onthouden ze het beter”. En ze krijgen er stevig van langs voor het minste, met de blote hand of met de lat. Er is nog veel werk, en om eerlijk te zijn, het kriebelt. Het is heel duidelijk geworden dat ik heel graag met kinderen werk en als leraar kan je echt veel verschil maken op een plek als deze. Het ‘playway’ deel zit er eigenlijk nog niet echt in en een beetje creativiteit zou al veel kunnen doen.

Voor annual day hebben wij de kindjes van de 2th standard een liedje geleerd in het engels, simpel maar leuk. We maakten maskers om het gebeuren wat kracht bij te zetten. Want nadat we de outfits en dansjes van de andere groepjes hadden gezien, over the top typisch Indisch, maakten we ons wat zorgen over onze povere vertoning. Uiteindelijk waren die van ons zooo schattig!
De dag van annual day heb ik me helemaal overgegeven aan het Indische leven en het was fantastisch. ’s Ochtends deed Sri Devi henna op mijn hand en armen en lakte mijn nagels knalrood. Ik had al 12 bangels maar kreeg er aan elk hand nog 4 gouden bij. Ik hielp met het maken van de kleurrijke vlagjes in ‘creppapier’. De watchman had tussen enkele bomen een lang touw gespannen, enkele kindjes moesten met behangerslijm over het touw gaan en ik kleefde vervolgens de kleurrijke papieren driehoekjes eraan vast. De kinderen stonden natuurlijk te springen om me aan te geven. Ik was toch al vroeg wakker die dag want de podiumbouwers hadden beslist om tegen 5u30 verder te doen. Uiteraard is daar Indische muziek met Indische decibels bij nodig... Ik lag te daveren op mijn grasmatje!
Tegen de middag werd er een laatste generale repetitie gedaan en om 5u kwam Rasi ons helpen om de sari aan te doen. Toen later ook mijn haar op z’n Indisch was opgestoken, met bloemen en al was ik er helemaal klaar voor. We hielpen de kinderen klaarmaken. Nadat ze bij Febe helemaal wit gepoederd werden, kwamen ze bij mij. Ik moest met een vreselijk slechte rose lippenstift hun lippen, ogen en wangen doen! Daarna konden ze bij Ira kiezen tussen goude of paarse glitters. Onwaarschijnlijk veel te veel make up, juwelen en jigge jigge (=kitch)... HEERLIJK was dat! Het feest kon beginnen. Terwijl de kinderen bijna niet meer te houden waren van zenuwachtigheid kwamen de ouders toe en wij begroeten hen aan de poort samen met de andere juffen.
De optredens waren geweldig, de kinderen deden het fantastisch. Het was zo schattig om Justin te zien met zijn groepje van englisch drama, nog een laatste peptalk en hup, het podium op! Die 7 fools zijn echt super, iedereen was het er over eens dat het opmerkelijk goed was.
En dan was het tijd om de school te verlaten. Snel snel aten we onze laatste maaltijd van het lekkere restaurantje van Justin, ruimden we ons kamertje op en laadden alles in de auto. Ik kon mijn tranen niet meer bedwingen. Ik wist dat dit het einde was en een gevoel van ongelofelijk veel gemis en schik dat ik alles veel te snel zou vergeten, overviel me. Vanaf nu zou alles gaan om ons afscheid van India en ik was er in de verste verte niet klaar voor...

Afscheid

En inderdaad... de volgende dag was er een groot verassings afscheid gepland! We vertrokken met Samy en Christi naar de afgelegen plek waar AREDS bezig is met het nieuwe landbouw project. Iedereen werd verwacht. We wisten niet precies wat er zou gebeuren maar keken er naar uit, een goede gelegenheid om nog even tijd door te brengen met onze vrienden.
En inderdaad, iedereen was er. Niet alleen om het project voor te stellen en het land te zegenen maar ook om afscheid te nemen van ons 3 en van Justin die ook weggaat (na een jaar!). Zo overweldigend. Nu waren wij het die vooraan moesten gaan zitten. Samy bedankte ons, prees ons, wenste ons veel geluk en drukte ons op het hart dat hij er zeker van is dat we goed terecht zullen komen. Christi zei dat ze onze maturiteit heel erg aprecieerde. Als ze ziet hoe verschillend we zijn, maar hoe goed we blijven overeenkomen, vind ze dat bewonderenswaardig. Ze zei dat ze houd van ons enthousiasme en doorzettingsvermogen. Nog meer van die warme woorden , lieve boodschappen en gelukwensen deden mijn hart breken. Vanbinnen huilde ik een rivier en vanbuiten kon ik niet stoppen met lachen.
Dan was het aan ons om iets te zeggen. O nee, er was zo veel en hoe kon ik ooit uitdrukken hoe dankbaar en blij ik ben... ik vertelde hoe zoekend ik was in Belgie en hoe sterk ik hier mijn weg heb gevonden. Ik bedankte hen omdat ze me niet alleen in hun huis en familie hebben opgenomen maar ook de kans gaven om alles te zien en ontdekken, mezelf te zijn, te leren en te groeien,... of iets in die aard.
We aten samen rijst en mutton-curry uit bananenblaren. HEERLIJK! Het was moeilijk om met iedereen te praten want er waren zo veel mensen, zo een korte tijd en zo veel te zeggen maar het was fijn om iedereen rond mij te hebben. Mijn 2 geweldige aka’s Febe en Ira, Samy, Christi, die fellow van een Justin, Senthil, Moektl, Satia, Divia, de rest van het cultural team, de leraressen en Diego, de vrouwen van SWATE, Mahas en haar familie, de kindjes: Kavin, Kani en Jain, Arivu, Gauri, Annie, Ambiga, ’t meneertje,...
Het deed me terug denken aan onze 1e dag hier. Op pongal ontmoetten we de eertse mensen van de familie en maakten we kennis door een verlegen ‘wanakam’. Nu kon ik rond me kijken en vol vreugde zeggen al deze mensen mijn familie, mijn vrienden, mijn zussen en broers zijn! Een onbeschrijfelijk gevoel.

Voor Samy en Christi
Om iedereen te bedanken voor de afgelopen maanden maakten we een fotoboek met de leukste momenten van ons verblijf. Iedereen was er heel blij mee, ze konden niet stoppen met er in te kijken. De drie laatste pagina’s waren gereserveerd voor 3 brieven, elk van ons schreef iets voor Samy en Christi. Dit kwam er bij mij uit:

Once upon a time there was a girl who found her way

Once upon a time there was a little girl. With eyes wide open she was wandering around her village, discovering new places and people every day. She loved her family very much and many wanted to be her friend.
But there was something different. She could feel that she was not the same as her family and friends. It was like they couldn’t hear her when she was talking. Only at night, when everyone else was asleep, she could use her voice to tell stories, speak, laugh, cry, shout or whistle. And those who were around, the moon or the silence or the loneliness, could hear her clearly. So they became really close friends.
People she met during the day were always so busy. She didn’t understand how they could walk and talk and think so fast. She wondered if she was ever going to be able to do that.
But when the sun went down her fear went away. She couldn’t get enough from this world where everyone was honest and listening to each other. She tried to find more of these friends who could hear her and discovered that you can find them anywhere, if you look closely. In the winter she could talk to all the little snow drops falling from the sky. In the spring thousand flowers came alive. In the summer she could spend hours watching the waves in the sea. And in the fall she was surrounded by all kinds of leaves in the most beautiful colors. On these adventures silence and loneliness were always there to accompany her, they really couldn’t leave her anymore.
But as the years went by she became more worried about her future. It was clear that when you are a grown up, you have to be fast and busy. The problem was that she couldn’t talk about it with anyone. During the day nobody could hear her and during the night nobody was interested. So she made a plan to search and find her voice. She figured that when people could hear her she would fit in. It was more difficult than she thought, but she was really determent. She didn’t even have time anymore for the snow and the flowers, the sea and the leaves. At times she could feel very alone and uncomfortable in her own skin. She felt lost because she didn’t find her voice yet and at the same time she had left those who could understand her behind. It was really confusing but she didn’t give up.
And then, one not so very special day, she was suddenly able to speak. Everyday more and more people could hear her and although she felt shy, she knew she did good! But still something was not right. Now she was able to talk with people she noticed that they wanted to speak about things she doesn’t like. If they were not talking about money, jobs, houses, cars or boyfriends; they were wining because they were lacking one of those things. Suddenly she felt really weak and alone. Silence and loneliness were still there but lately they became very heavy. They were just sitting on her shoulders, always complaining. She was missing her old friends a lot, but they were changed. Nothing was like before anymore.
But on the other hand, she also had changed. So she decided she had to go and find what she wants elsewhere. She left her family and herself behind to go and learn about the life of other people in this big world.
How could she ever have known that what she was longing for her whole life was just outside her door. Immediately she knew that she had started an adventure that will never end. Along her way she passed so many beautiful things and people that she promised herself never to stop following this trail. She felt like she had found the biggest chest filled with the most important treasures; answers like how to speak, how to be confident, how to be honest, how to believe, how to fight for your rights, how to understand, how to live.

Met pijn in het hart...
Maandag 05/04 stonden we optijd op, onze kamer was al zo leeg! We ruimden het laatste op en gingen ontbijten. Ik nam van alles wat op de tafel stond iets en genoot. De staff kwam langzaam toe om te beginnen werken maar iedereen, wij op de eerste plaats, bleef wat treuzelen in de gang om nog zo lang mogelijk samen te zijn. Ik genoot toen Samy nog een van zijn verhalen vertelde, toen Jain me een stevige knuffel gaf, toen ik SWATE-lid werd, toen Kani lachte vanop de arm van Senthil, ... alles nog een laatste keer opsnuiven! Maar toen was het onverbiddelijk 11u geworden. We laadden ons gerief in de auto, zeiden dag tegen iedereen. Een knuffel voor Samy en Christi. Samy zei nog eens dat hij fier op ons is en weet dat we goed terecht zullen komen. O, ik hou van deze mensen, deze plek. Het is veel te vroeg om hier weg te gaan, ik ben hier echt niet klaar voor.
Iedereen staat op straat voor het huis en we zwaaien elkaar na tot we uit het zicht zijn verdwenen.
Ik neem de laatste Indische indrukken in me op terwijl Rajha ons naar Trichy brengt, amai, ik ga dat land hier missen. Het dringt ook echt nog niet door. Ik heb het gevoel dat we op een van onze tripjes zijn en vanavond weer thuis in onze bedjes slapen. Het besef zal wel nog komen en het zal niet schoon zijn om te zien.
We zweten, huilen, slapen en lachen op onze laatste Indische trein. De zon gaat onder en de palmbomen, tempels en dorpen staan in prachtig tegenlicht. Heel mijn binnenste stribbelt tegen, ik wil hier niet weg. Van vliegtuig op vliegtuig. Ik ben er niet bij met mijn hoofd, alles ontgaat me, alsof ik slaapwandel, alsof ik droom. Ik zie beelden van thuis in Belgie, van thuis in India. Ik mis iedereen en weet niet waar ik naartoe ga. Het is een lange reis en een hele onderneming: papieren invullen, visum regelen, geld afhalen, rugzak zoeken, Tillotam ontmoeten. In een volgepropte auto, met al onze Indische bagage, ons Nepalees welkomsgeschenk en onze 2 nieuwe friendas rijden we door Kathmandu. Ik kijk verwonderd, ben zo moe. Het is leuk maar veel. Lekkere noedels, elkaar leren kennen, gezellige kamer, lekker eten, planning maken met leuke vooruitzichten, SLAPEN!


Nepal

Over Nepal kan ik nog weinig zeggen. Het is moeilijk om hier plots te zijn. Ik heb aan de lijve ondervonden dat een mens maar tot enkele dingen in staat is. De ene nieuwe cultuur verlaten op het hoogtepunt en onmiddelijk meegesleurd worden in een andere onbekende is al op het randje. Als je gastgezin jou niet verstaat en jij hen niet door de taal en de cultuurverschillen, de stageplannen heel onduidelijk blijven en Murphy je vergezeld bij elke stap die je zet, dan kan het soms teveel worden. Het is hoog tijd voor rust, daarom dat we deze week onze tijd gaan nemen om alles eens op een rijtje te zetten, te verwerken en rijp te worden voor iets nieuws. Ik baal er een beetje van dat mijn Nepal ervaring in mineur is begonnen maar hoog tijd om de negatieve gedachten aan de kant te schuiven en al mijn vergaarde kennis van de afgelopen maanden in India, al die dingen waar ik zo lovend over praat, in daden om te zetten en waar te maken voor mezelf.
In mijn volgende blogbericht kan ik vast vol liefde over Nepal spreken, op dit moment is dat nog even moeilijk. Al moet ik zeggen, de bergen doen hun werk, het is hier zo adembenemend mooi als je de stad verlaat!

Veel groetjes en ik zie jullie graag,
Nu ik zo ver weg ben besef ik dat maar al te goed!
X


Ps, dit zijn mijn nieuwe contactgegevens:

JCYCN
Johanna Borms
G.P.O. Box-14341
Kathmandu
Nepal

+977 8568859

dinsdag 23 maart 2010

nog even geduld

hey allemaal

Ik weet dat mijn volgend verhaal op zich laat wachten maar tijd en goede internetverbinding is wat ik mis. Momenteel spendeer ik elk moment aan het genieten van de laatste dagen in India, allemaal om ter intens en geweldig! Ik vermoed dat iedereen het Nepal verhaal wel al gehoord heeft? Later meer hierover, ik hou jullie nog even in spanning.
Voor wie echt niet meer kan wachten, er staan nieuwe fotos op de site! veel plezier ermee!

xx Jo

donderdag 18 februari 2010

fantastische dagen in India

Hey allemaal!

Er is zo veel te vertellen, elke dag nieuwe dingen, ik kan het amper bijhouden!
We zijn ontertussen naar Chennai geweest, de hoofdstad van Tamil Nadu. Daar hebben we een aantal vergaderingen bijgewoond. Vooral met en over de netwerkpartners van AREDS en hun lobbywerk. Dit was heel interessant omdat we konden zien wat de volgende stap is, na hun zeer praktische werk in de dorpen zelf. AREDS ziet de nood en vind het heel belangrijk om ook op politiek vlak dingen te veranderen en verbeteren. Dit nemen ze heel serieus, veel research gaat vooraf aan klaar en duidelijke eisen naar de regering toe.
Wij zijn echter een dagje vroeger naar de stad vertrokken om deze eens te verkennen. Aangezien we opnieuw 9u op de nachttrein hadden doorgebracht deden we eerst nog een tukje in het hotel. Om 10u trokken we er op uit, regelrecht naar spenser plaza, een mega shoppingcenter. Ik denk dat we het alledrie eens nodig hadden om even te vertoeven op gekent terrein. Eerst en vooral een heerlijke chocoladekoek, mmm chocola! We hadden ons gezworen een hele dag geen Indisch te eten en natuurlijk had het hotel ’s ochtens niets anders dan hartig en spicy! Na een beetje rond te snuisteren, winkel in winkel uit hadden we het gevonden: fabindia. Een zalig klerenwinkeltje met prachtige stoffen. Na een goeie slag te slaan genoten we met volle teugen van een piza en pasta bij de pizahut!! Absoluut niet Indisch, zoals gepland, en het smaakte! Volgende stop zou normaal gezien Fort Saint George geweest zijn maar onze riksha driver wist langs geen kanten dit meest bekende gebouw van zijn stad zijn... Het gebeurd echt vaak dat ze vol overtuiging zeggen dat ze je plaats van bestemming kennen om vervolgens heel het stad met je rond te rijden omdat ze geen idee hebben waar het is! Toen we plots aan de haven stonden, de man had ‘port’ verstaan ipv ‘fort’, gaven we het op en zeiden we dat hij ons dan maar naar marina beach moest brengen. Dit is het tweede grootste stand van de wereld, we waren is benieuwd!

Wat een bedoening, dat stand! Kraampjes, stalletjes, winkeltjes, bedelaars, straatverkopers, mensen, mensen, mensen!!! Het was al een onderneming op zich om op het stand zelf te raken en dan nog de zee vinden! Overal zaten groepjes mensen, kinderen verkochten zelfgemaakte vliegers, antieke paardemolens draaiden aan een stuk door, viskramen, suikerspinnen, bamboefluiten,... En allemaal draaiden ze hun hoofd om te staren naar die drie blanke meisjes!
En dan eindelijk zagen we ze, de bengaalse golf! Het concept “we gaan eens een dagje naar het strand” is hier totaal anders dan bij ons. Een oneindig lange rij mensen staat aan de branding te staren naar het water. Het is ook wel een heftige zee, hele hoge golven, maar iedereen staat daar gewoon te staan. Kijken naar het water en wegschrikken als een golf hun voeten raakt.
Zeer bizzar, maar in het avondlicht genoot ik van de comotie en keek ik mijn ogen uit. Mijn maatjes waren het sneller beu dus vertrokken we naar onze volgende bestemming, danku lonley planet!! Een spaanse tappas baar!!! We beslisten niet op een roupi te kijken en hebben ons eens heerlijk laten gaan. Lekkere tappas, heerlijke coctails! We hebben ook nog leuke mensen leren kennen daar, twee Amerikaanse gasten en een Duits meisje, het was eens leuk om onze ideeen over india, wat we leuk en niet leuk vinden, te delen met andere westerlingen. Want het is echt moeilijk om te vertellen hoe het hier is, hoe ik me hier voel en hoe we hier leven. Je moet er bij zijn om het te begrijpen... Daarom ben ik ook zooo blij dat ik hier niet alleen ben, het is soms echt nodig om je hart eens te luchten en als je met zn drieen in het zelfde schuitje zit en zo goed overeen komt als wij, is dat echt wel fijn!
‘s Ochtens een beetje met een zwaar hoofd maar flink op tijd zaten we in de hotelkamer van Geert Meas, cooperant van VIC en onze stagebegeleider-noord. Hier in India noemt hij echter Francis, omdat ze zijn naam niet konden uitspreken. Dat gebeurd hier heel vaak, ik wordt meestal Joganna of Joga genoemd! Dat valt nog mee, Febe is al vanalles geweest: Febel, Fever, Wever, Beffe, ... Geert is een Belg maar is getrouwd met een Indische en werkt in centraal India in een project met tribals, de oorspronkelijke bewoners van India die net als de Dalits ook zeer onderdrukt zijn. We hadden al veel contact gehad via mail om alles voor de stage inorde te brengen en het was heel fijn om hem eindelijk te ontmoeten!
De vergaderingen waren zoals ik al heb vermeld heel interessant om te volgen. Naast al de verhalen waarbij ik mijn oren niet kan geloven is het fijn en hoopgevend om te zien dat er nog gemotiveerde en slimme mensen hun best doen om een beter India te creëren. Het is echt niet te geloven als je sommige dingen hoort, bijvoorbeeld het plan van de regering om voor 1 lid van elke familie 100 dagen werk te voorzien. Op zich een goed idee, op die manier kunnen mensen ten minste hun waardigheid behouden en zelf werken voor hun bestaan, ipv bedelen om te overleven. Maar als je dan hoort hoe de uitvoering gebeurd is dit onbegrijpelijk. Het voornaamste werk dat wordt aangeboden door de regering is het aanleggen van wegen en dergelijke. Voor dit werk worden ze ten eerste onderbetaald, men krijgt het loon van een landbouwer terwijl dit veel zwaarder werk is. Ten tweede worden ze betaald per meter dat ze graven. Bijvoorbeeld: als je per dag 2 meter graaft krijg je 80 roupi (€1.20). Maar de regering voorziet geen materiaal om dit werk uit te voeren, zelfs geen simpele schop. Als je weet dat een schop ongeveer 150 roupi kost kan je je wel indenken dat iemand met een dagelijks loon van 80 roupi en een hele familie hongerige monden (hij is ten slotte de enige die werk krijgt) dit geld niet zal spenderen aan materiaal. Als die persoon zijn 2 meter per dag echter niet gegraven heeft krijgt hij zijn 80 roupi niet...
Zo een dingen kan ik heel moeilijk begrijpen. Deze honderd dagen werk worden bovendien nog eens gepland in de oogstperiode, een tijd waarin iedereen veel meer kans heeft om ergens te werken of zijn eigen stukje grond moet bewerken. Alles is hier zo chaotisch en fout georganiseerd. Heel vreemd en moeilijk te vatten. Het doet mij nadenken over de belangrijke rol van politiek, zonder een goede regering of degelijke gezaghebbers sta je nergens. India heeft geld en talent genoeg, maar op een of andere manier is alles hier een grote puinhoop. Hoe kan je als land ook fier zijn op de bloeiende economie als zo veel mensen aan de kant blijven staan en in armoede leven...

Sorry voor deze plotse opstoot van activisme, ik besef dat ik de dingen nu ook maar van een kant vertel, maar als je er midden inzit en de situarie kan vergelijken met die in Belgie zou je voor minder. Ik wordt er soms echt heel verward en overweldigd door.

De laatste dag Chennai was er iets te veel aan. We woonden nog een interessante vergadering bij maar in de namiddag hadden we het gehad met de nep chicé in de winkelcentra langs de ene kant en de chaos op straat, de sloppenwijken, de armoede, het staren aan de andere kant. Tijd om terug naar ons fijne, mooie, rustige Renganathapuram te gaan.

De afgelopen dagen waren fantastisch!!
In het weekend (13 en 14 feb.) zijn we naar acts geweest. Dit is de ‘areds childrens theater school’, een soort scouts. Het was geweldig om met de kinderen bezig te zijn. Zaterdag en zondag kwamen ongeveer 40 kinderen toe rond 10u30, de activiteiten duurden tot 16u30. Het gaat door op een fantastische plaats, zo’n 15min fietsen van de head-office, waar wij wonen. Het is een grote tuin met veel palmbomen en andere bloemen en planten; er is een zwembad (!); een overdekte ruimte om te spelen, dansen en zingen in de vorm van een vijfhoek; een plaats om te eten met tafeltjes en banken; hier en daar loopt een kip rond met haar kuikentjes en een mega haan (die hanen zijn hier echt hugh, zeker die van onze buren). Naast acts is de boerderij van areds, waar we pongal geviert hebben, ook heel gezellig! Dit alles ligt afgelegen op het einde van een doodlopend aardewegje, omgeven door rijstvelden. Wat moet een kind meer hebben! Voor mij is het in allegeval genoeg!!!
Eerst speelden we enkele spelletjes om elkaar beter te leren kennen, dan andere samenhorigheidsspelletjes, zingen en dansen. Er werd in de namiddag ook altijd wat tijd genomen om te praten over de problemen die er eventueel zijn in de dorpen van de kinderen, echt wel goed om hun ook al bewust te maken van deze dingen en samen na te denken over oplossingen. Voor deze groep kinderen was het de eerste keer dat ze naar acts kwamen en hoorden van areds. Door er kennis mee te maken kregen ze de kans om met hun dorpsgenoten lid te worden van de childrens movement van areds (ttsm). Ook de kinderen houden in de verschillende dorpen waar areds actief is sangams. Ze zitten samen en bespreken problemen in het dorp op hun manier. In een bepaald dorp heeft een groep kinderen reeds veel teweeg gebracht. Ze hebben aangedrongen bij hun panchayatleider (een panchayat is een verzameling van enkele dorpen) om het dorp te voorzien van drinkwater en het is er gekomen!

De tweede dag hebben we allemaal samen gezwommen. 40 enthousiaste kinderen in een zwembad, fantastisch om te zien, let wel op dat je zelf niet verdrinkt als je je er tussen waagd! Veel kindjes konden nog niet zwemmen dus allemaal klampten ze zich vast aan ons en ik nam elk kindje apart eens op mijn rug om te zwemmen in het diep. Het werken met de kinderen vind ik echt wel heel leuk, ze zijn zo enthousiast en open en mooi en lief. Wij hebben hen zondag ook wat spelletjes aangeleerd: 1-2-3 piano, vlaggenroof, chinese voetbal, handjeklap,... ze vonden het heel tof! De begeleiders waren ook tevreden denken we. Sendhl en Moekthl zijn trouwens fantastische gasten. Ze zijn de organisatoren van acts en zijn ook verantwoordelijk voor het cultural team (later meer hierover). Ze kunnen wel bijna geen engels en aangezien ons tamil ook nog steeds heel beperkt is kunnen we niet echt praten maar op een of andere manier verstaan we elkaar, echt heel tof!
Volgend weekend gaan we terug. Ik kijk er echt naar uit. Het was zo fijn om eens echt praktisch en met zelfzekerheid bezig te zijn, zo ondervind je het belang van een organisatie als deze ten volle. Op het einde van de dag was er bijvoorbeeld een evaluatie, de kinderen moesten zeggen wat ze er van vonden. Een kindje zei: het zwemmen was zo leuk, we waren allemaal samen, als één groep, de kaste, de religie, het geslacht, de huidskleur, het maakt allemaal niet meer uit! We zijn samen en spelen en zwemmen in het water.
Zo hartverwarmend om te horen. Ik hoef geen grootse dingen gaan veranderen of te weeg brengen, ik geniet ervan als ik in kleine dingen kan zien dat het echt wel belangrijk is om je in te zetten en ‘goed’ te zijn...
Wat ik ook al geleerd heb door hier te zijn is dat het heel belangrijk is om jezelf te blijven, of beter, om je bewust te zijn van jezelf, je goeie en slechte kanten. Op die manier kan je hier en daar iets veranderen, iets beter maken, iets rechtzetten, iets goedmaken. Het is niet altijd gemakkelijk maar wel fijn om te zien dat ik elke dag beter kan relativeren bijvoorbeeld, of meer mijn mond durf open te doen. In Belgie had ik zo sterk het gevoel van in die stroom te zitten en gewoon dag in dag uit mee te draaien, of het nu goed of slecht was wat ik deed. Ik deed het gewoon, omdat het van mij verlangt werd en omdat je op de duur gaat denken dat het zo hoort. Door hier te zijn besef ik maar al te goed dat dat eigenlijk niet echt ‘leven’ is. Je kan natuurlijk niet onder alles uit, iedereen heeft verantwoordelijkheden, maar eigenlijk moet je altijd goed nadenken als je iets doet; doe ik dit graag, ben ik blij, voel ik me goed. Uiteraard altijd gemengd met een vleugje durf en impulsiviteit.
Meest van de tijd weet ik hier voor mezelf geen antwoord op hoor maar bon, het feit dat ik er over nadenk is toch al iets :)

De dagen die volgden (16-17-18/2) waren nog leuker. We mochten een training volgen bij het cultural team. Dit zijn de mensen die we hebben zien optreden in een nabijgelegen dorp, toen de groep belgische toeristen hier was (zie vorig blogbericht). Het is echt een zalige groep, fijne vrienden, fantastische dansers, zonder de preutsheid van de meeste Indiers (er kan al eens gelachen en onozel gedaan worden zonder dat iemand raar opkijkt). Moektl en Sendl waren dus ook terug van de partij, zij zijn de echte trainers. De rest van de dansers deden mee met ons, dansen en trommelen, en leerden ons de ritmes en pasjes. Normaal gezien ben ik echt geen danser en trommelen heb ik nog nooit gedaan, maar het was zo leuk om te doen en merkwaardig genoeg pikte ik het snel op. We hebben al drie verschillende dingen geleerd:
- Para-jatam:
dansen terwijl je jezelf begeleid op een trommel. De trommel is een soort van grote tamboerein die aan een klein touwtje rond je linker arm hangt. Zo hangt hij vertikaal voor je buik. In je linker hand heb je een dun, plat stokje dat harde geluiden maakt en in je rechter een rond dik stokje dat warmere geluiden maakt. Het is de bedoeling dat je de verschillende ritmes heel snel speelt terwijl je de pasjes uitvoerd. Het dansen is niet zwierig, uitbundig of op z’n afrikaans. Het zijn eerder kleine, korte en sierlijke pasjes die heel snel in het ritme, allemaal tegelijk worden uitgevoerd, niet te onderschatten! Het heeft lang geduurd voor ik het trommelen met het dansen kon combineren. De ritmes en bewegingen zijn ook zo anders dan wij gewoon zijn dus je moet je echt concentreren. Aan de andere aknt moet je jezelf ook een beetje laten gaan en als in trance blijven doorgaan, anders struikel je over je eigen voeten en verlies je het juiste ritme.
- Kum-jatam:
dit is een dans met klappen. Iedereen staat in een cirkel en voert, liefst zo synchroon mogelijk, de verschillende pasjes met het bijhorende handgeklap uit. We leerden 8 verschillende passen, het is constant springen en in de cirkel bewegen, heeeeeeel vermoeiend maar fantastisch leuk!
- Wala-jatam:
dit is een dans met sjaaltjes. In elk hand heb je een klein sjaaltje en iedereen staat op een lijn de pasjes uit te voeren. Sommige zijn makkelijker dan andere maar ondertussen heb ik ze alle 6 goed onder de knie.

De meisjes van het cultural team vonden dat ik een mooie danssteil had... dat is misschien wat overdreven. Ik vond het gewoon zo leuk om te doen en heb me heel goed geamuzeert. We hebben wel ongeveer drie dagen non stop in het zweet gestaan, ongelofelijk! Ik heb nog nooit zo hard gezweet, maar ik heb ook nog nooit drie dagen aan een stuk van 10u30 tot 16u30 staan springen en dansen en trommelen bij een temperatuur van 35°. Het is hier ondertussen echt warm geworden, vorige week ergens was het plots zomer, blijkbaar wordt het nu alleen nog maar warmer... gelukkig is er wel meestal een windje en is er een heldere hemel, geen doefe of vochtige toestanden.

Om af te sluiten misschien nog even een stukje uit mijn dagboek, dit heb ik gisteren avond geschrven, na afloop van de drie dans-dagen:

"Wat een fantastische dagen hebben we achter de rug! Dansen en trommelen, heerlijk. Alle remmen los, ookal kan ik niet bewegen, gewoon gaan. En het lukt nog ook! Het trommelen was echt leuk, de dans met de schaaltje ook én het klappen eigenlijk ook. Alles was gewoon leuk! De trainers, de mensen, als groep, als vrienden, als leraar. Heel geduldig, toch doorgaan en de lat hoog leggen. Ik zweet als nooit te voren, dans de benen van onder mijn lijf, trommel er op los en hou ervan. Sendl en Moektl zijn echt geweldige gasten, ik zou direkt tekenen voor hun job! Heerlijk om even weg te zijn van Samy en alleen onze plan te trekken tussen een groep dansers waarbinnen nauwelijks iemand een woord engels praat. We leren elkaar zingen en dansen, tamil en nederlands. Geen gène, gewoon samen zijn en gaan! Geweldig!"

Veel groetjes van een blije en gelukkige Johanna!




zaterdag 13 februari 2010

living in the village

Hey allemaal!

Hier het verslag van mijn 2-daagse in het dorp. Eindelijk heb ik het online kunnen zetten! Sorry dat het in het Engels is maar we moesten onze ervaringen neerschrijven voor onze stagebegeleider en ik had geen zin om het nog eens te vertalen... Maar als ik het kon schrijven (bloed, zweet en tranen) kunnen jullie het ook lezen he :)

Veel groetjes!
Jo


Renganathapuram, 02/02/2010
Johanna Borms

LIVING IN THE VILLAGE
27-28-29 / 01 / 2010

Around 4 pm I heard a motorcycle stop in front of the house. I was playing cards on the balcony with my friends, my companions, without whom I never would have started this adventure. I knew Velu had come to pick me up, this would be the first time in India I set of without Febe and Ira.
When I first arrived here, in the place I will stay for five months to complete my internship, I didn’t feel like spending this time apart to live in a village. Although I always saw and understood the purpose of it, I felt anxious. What would I say, how would we communicate, what would we do, how would people react when a white girl came and disrupted their daily life. Would they think I was this lucky, rich girl are would they understand that I really cared about the difficulties they are facing. That I decided to do this because I know it will be a learning experience that will change me for the better and will stay with me forever.
But after only being here for a week I was actually looking forward to it, the scared feeling was changed in a positive way. I still felt unconfident but now I was curious and I felt calm, like I knew everything was going to be alright.
Only by watching and listening to this country, these people, this nature, the colours, this view, … my opinion altered.
The past weeks have been so full of impressions and emotions, every step I take is new and exciting. That‘s a great feeling but also exhausting. I have felt impressed, unsure, joyful, alone, inspired, confused, lucky, and so many other things in such a short time. But most of all very happy and relieved.
All these thoughts; sometimes it’s like the minimalism that surrounds me here, makes everything more complicated…

Anyhow, with this overload in my head, I left Renganathapuram and my friends. The trip on the motorcycle was great. With my hair in the wind and the sun on my back we drove along nice villages, over dusty roads. Off to a place I didn’t know, with a man I didn’t know, to people I didn’t know. But still I felt peaceful, somehow I liked it that the future was unknown. Come what may!

When we arrived at Velu’s house I got a warm welcome from Angela, his wife, and Sibbe, their 4 years old son. They really have a nice house. It’s surrounded by a little wall and many plants and trees. You immediately step into a small patio with a well that provides the little yard constantly with water and where they wash themselves. Velu parks his motorcycle under a little shed, there is also a bicycle. I greet an old woman who is sitting in front of the house, it’s Velu’s mother. The house has two separate rooms, one is the kitchen and the other is the living room and bedroom. Angela is preparing dinner on a gas-burner. Other than pots and pans, a new mixer and some provisions there is not much in the room, but it’s nice. The living room is small and a little crowded. There is a double bed that‘s also used as a sofa, a desk with a television and a closet. What immediately strikes me is the picture of Velu and Samy, on top of the television, and another picture of a man. It’s Velu’s father who passed away, the light under it is always burning. Under the shed in front of these rooms are hanging clothes, between the tiles and the beams of the roof there are 4 toothbrushes and soap.
It’s a nice, inviting place, I feel good. While Velu is picking up his oldest son from school, I help the youngest with his homework. He is a little shay, me to actually. Everything is still awkward. I am glad that I can arrive calm. Till now nobody has treated me differently because I am white or started to ask me all kinds of questions. I appreciate that, because that was also one of my worries, to be surrounded by a crowd and treated as if I was a v.i.p. When Velu is back he asks if I want to meet his best friends, of course! They live nearby. From this moment on the staring and the talking about me, instead of talking with me, begins. I know everyone wants to know who I am, where I come from and what I ‘m doing here, but it’s not pleasant if you here everyone talking about you while you don’t understand a word. Suddenly I feel really weak and alone. To get the communication started I dig up the few words I know in Tamil. Kavia, their daughter, is a nice, bold girl. She shows me her English schoolbook, something we can talk about for a long time. Out of politeness I accept a big plate with two dossy’s and all kinds of other food, it is great but as I am eating I realise that this is not my diner. Velu and his children are not eating here, so that means I have to eat for real at his place. At first I did not get that, so a half our later I am doing my best to finish the rise and dossy in front of me!
That night the family friends drop by again to say goodnight and the talking about me goes on. I think it’s because I am really tired, but I want them all to leave and I want to write a bit, cry a bit and then sleep! But that’s not going to happen! First of all I want to get over this feeling and second, I sleep in the same room as the Angela and the children. I have to sleep in the big bed and they sleep next to me on the floor. Velu sleeps in the kitchen for the occasion. Now I really feel bad! But tomorrow is another day and it will be a good one.

Angela gets up early, it’s still dark outside. She wakes the kids at 7 am, I also get up. Velu takes me to his other place, at one kilometre away. He wants to show me where Angela works in the rain season. Here they can make some kind of wooden blocks, you can build houses with it, if I understand correctly!
Back at the house the children wash themselves, finish their homework, and eat a bit. It’s funny to see that many things are the same as in Belgium. The mother makes sure they wash themselves properly, that their uniforms are washed and worn nicely, that they finish their breakfast. The father handles the new full automatic mixer to make juice and does the finishing touch on the appearance of his sons. He combs their hair nicely and powders them. It‘s so funny to see these boys with their black skin covered in white powder, I don’t know what it’s for…
Around 9 am the school bus comes to pick them up. Velu and I sit down to eat our breakfast. He tells me about the pictures in the living room. He says he is a Hindu but he doesn’t go to the temple, his father is his god and Samy has done so much for him. So these are the two people he wants to thank every day. I also get to see his wedding photos. It’s nice that he tells me these personal things. So I tell a bit about my family to.
Than we leave with the motorcycle, I really like that. We drive true several villages, it’s nice to see and be part of these peoples day for just a minute. From where I sit I can see and observe the habits and behaviours of these little societies. I love life in a village, also in Belgium. I live in a city and I don’t even know the people who live in my street. But when I am at my grandmother who lives in the countryside it’s different, people know and care about each other. I can see the same thing here. Although I also see the difference between the streets where non dalits live and where dalits live. And then I wonder if the bad relationship between these two groups has improved are not.
We make a stop at many places where I meet friends of Velu:
- A young couple that married the day before, of course they have to take a picture with me and I have to eat.
- An old friend that tells me to sit down and asks me if I want to eat or drink something.
- A lady who owns a photo studio with the help of Areds, I don’t have to drink or eat anything.
- A man in the bank, he knows Areds and wants to know everything about me.
- A journalist who also wants to know my story and definitely wants to bay me chai.

Everywhere I come I use my Tamil, apparently it is very funny when I say ‘vanakam’ or ‘nandri’. I have to keep in mind that it is very strange for them to see a foreigner. In Belgium it’s not new, especially in Brussels we have a multicultural society, we are used to different faces and strange languages. Here on the other hand it’s really rear. I think that I sometimes judge to fast or get irritated and really uncomfortable when everyone stares at me. When actually they have all the right to question my visit and feel curious.

Next stop is a place where a trainer of Areds is busy informing woman who want to become a Swate member. Velu plays a little awareness game with them, it’s nice to see. Everyone is committed, but of course they are distracted by the white girl in the room…
Then we go to the Swate office, Velu has to bring his monthly report.
Hereafter we go back to the village of the old friend. There is a market going on, I like all the activity that’s going on. First I have to sit, of course, and eat a lot of rise and eggs. Also an apple, dose are not very good here if you compare it to the ones in Belgium, but I eat it with taste because I know it’s expensive here. Then we go around the market to bay some vegetables, I love markets, I definitely have to go one time with Ira and Febe. Velu and his friends take me to the butcher, we bay a sheep for the diner tonight! I like sheep-meat but I don’t have to see how the butcher cuts al the intestines while his wife shows me the head of the sheep! I hope I get this image out of my head before this meat lays on my plate tonight. Velu tells me he is happy that I am staying whit him in stat of Febe, because I am a non vegetarian. I put on my biggest smile, my cheeks are starting to heart from all this smiling. But it’s good, I hope this way they know that I am enjoying myself and that I ‘m eager to get to know them. Because it’s still not easy to communicate, the body language is so different here. This morning I felt really bad about that, I wanted to tell things and ask things, but how? Now I am sitting here, again drinking chai, I decide I am not going to let it get to me. I let them tell me to sit down and I drink and eat whatever they want me to. I let the silence be and enjoy the view and the commotion around me.
In this village Velu also shows me a place where they sell basic products from the government. I wonder if this is a good are a bad thing, do they ask a fare price? I don’t really get an answer.

Back home, Velu shows me around his village. We visit several things:
- The fields of his best friends, they have a lot of land and grow many things. They sell it in the nearby villages, such as the milk from their cows. I work a little on the field but I think they don’t like it, they want me to sit down and eat sugarcane.
- A bakery where a mother works with her daughters. They are really nice, of course I have to taste a cookie and a banana. They sell the cookies in de city.
- A place where they fill and close little bags with chips and nuts. They don’t accept no for an answer when I try to explain that I eaten enough for a whole week, so I eat the chips.
- We walk past a big basin. Velu tells me that, when it’s full, it can provide water for all the land around de village. Until now we both have been a little shay but now he tells me with confidence that he made sure that this irrigation system was build and that his panchayat had a good road. He fought more than 15 years, in 2008 the road finally came. I begin to understand more about what Velu does and for the communities and I feel grateful that I can spend time with him.

It seems like the people in the village are grateful to, it’s getting dark and one after one appears on the patio to see me and talk with me. I notice that it doesn’t bother me, good! It’s also because they are talking with me, not about me. They speak highly of Velu.
Velu shows me proud his diploma’s, it’s great to here the stories. I also discover why the picture of him and Samy is so important. Areds helped him al lot. His family was very poor, there house used to be the shad where the motorcycle is standing under now. I realise I am living in one of many success stories of Areds. I can see on his face what this organisation means to him and I can feel how much he wants to do good. How much he wants to help others such as Areds helped him.
It was a long day and I am tired but with this group of friends and family around me I feel good.

The next morning the same ritual is going on. When I am alone with the family in Velu’s house I can really experience life in the village. When we are on the road everyone falls out of his daily habits to look at me, that’s a pity. At 10 am I say goodbye to Angela, we are leaving for the staff meeting of Velu’s panchayat, and I am not coming back. Not this time anyway.
The meeting is nice to follow but long. I can see that the field operators are coming to Velu with their problems. Although I can’t understand it is nice to see how they work together. There has to be done a lot of administrative work. I sit and read a book, I enjoy the quiet work environment.
Around 2 pm we leave, it’s time to go back to Renganathapuram. Velu takes a short cut, we drive along beautiful roads. I am looking forward to see my friends and to share our experiences, I have missed them.

It has been nice but I am exhausted. Never underestimate how difficult it is to constantly make efforts to communicate about easy things, how hard to keep up with all the staring and the talking about you, to smile and be happy when you feel alone, to have another skin colour, to constantly adjust to all the new things, to feel that nobody knows you are understands you,…
Therefore I think two day’s is enough for the first time. Though I am sure that I want to do this again and that I will be stronger the next time!
Looking back I sometimes think that I could have done more, try harder. I definitely will do that when I get the chance to life in an unknown village again. I hope I will have an equally nice guide at that time. Velu was great, he really took care of me!

All the rather negative feelings I had are nothing compared to what I have seen. Although I still don’t understand it, India is beautiful!